LE S – I N F O R M A T I E – M A N A G E M E N T
Maak 4 vragen (2 open vragen, 2 meerkeuze vragen)
over hoofdstuk 11, 12, 13, 14, 15,16, 17 en 18
De dikgedrukte antwoorden zijn de juiste antwoorden.
Hoofdstuk 11
Open vragen:
1. Welke twee mogelijkheden biedt
intranet om het samenwerken tussen medewerkers te bevorderen?
Bijv Overbruggen van tijd en afstand, Ondersteunen van bestaande vormen van samenwerking
2. Waar staat de afkorting ‘cug’ voor?
Closer user Group
Meerkeuze vragen:
1. Wat is geen faciliteit van een vergaderingomgeving?
a) Een planningssysteem
b) E-notulen
c) Weblog
d) Archief
2. Wat is de
naam van de applicatie die geautomatiseerd bedrijfsprocessen uitvoert?
a) Workflow
b) Blackboard
c) Logboek
d) Tools
Hoofdstuk 12
Open vragen:
1. Noem 2 situaties waarbij DMS’en veel wordt gebruikt:
Bijv. Een classificatie van al het inkomende post- en e-mailverkeer, een centrale registratie van alle stukken, het volgen van de stukken, het signaleren van problemen of oponthoud, het opslaan van de stukken of het vindbaar maken van de stukken.
2. Waar staat de afkorting OCR voor?
Optical character recognition
Meerkeuze vragen:
1. Wat moet een intranet hebben om volledig te zijn?
a) Een bewaarmogelijkheid
b) Een goed archief
c) Een casus
d) Een smoelenboek
2. Waar hoeft
een digitaal archiefsysteem niet toe in staat te zijn?
a) Papieren documenten te scannen, te indexeren en op te slaan
b) Het volgen van stukken
c) Digitalen documenten indexeren in alle bekende formaten
d) Te zoeken in zowel de gescande papieren documenten als in de digitale documenten.
Hoofdstuk 13
Open vragen:
1. Noem 2 reden waarom een organisatie aan kennismanagement moet gaan voldoen? Bijv. Kennis wordt gezien als een essentiële productiefactor, Het product van een organisatie alleen is vaak niet onderscheidend genoeg, de complexiteit van organisaties wordt steeds groter, kennis veroudert steeds sneller, ontwikkeling n opleiding worden steeds belangrijker of kennis is een belangrijke concurrentiefactor geworden.
2. Wat is de volgorde bij het invoeren van kennismanagement?
1. Een bewustwordingssessie, 2. Het opzetten van structuren die vooral de flow-kant ondersteunen, 3. Implementeer een kennismanagementsysteem
Meerkeuze vragen
1. Wat is geen reden waarom een organisatie aan kennismanagement moet gaan voldoen?
a) Kennis veroudert steeds sneller
b) Kennis is een belangrijke concurrentiefactor geworden
c) Het product van een organisatie is niet onderscheidend genoeg
d) Mensen zijn niks meer waard als ze niet slim genoeg zijn
2. Wat is geen fase in het kennismanagementproces?
a) Kennis overnemen
b) Kennis delen
c) Kennis toepassen
d) Kennis evalueren
Hoofdstuk 14
Open vragen:
1. Waar staat de afkorting P&O voor?
Personeel en Organisatie
2. Noem een rede waarom het noodzakelijk is medewerkers te binden?
De arbeidsmarkt is nog steeds krap
Meerkeuze vragen:
1. Wat is geen veelvoorkomend doel bij E-HRM?
a) Het altijd toegankelijk zijn
b) Het automatiseren van routinetransacties
c) Faciliteren in plaats van controleren
d) Het begeleiden van veranderingsprocessen
2. Wat is geen rede dat intranet hét platform is voor HRM?
a) Op ieder denkbaar tijdstip toegankelijk zijn
b) De mogelijkheid bieden tot interactie tussen medewerker en organisatie
c) Het automatiseren van routinetransacties
d) Op iedere plaats in de organisatie toegankelijk zijn
Hoofdstuk 15
Open vragen:
1. Noem drie varianten van E-learning
Intranet faciliteiten als ondersteuning bij persoonlijke of groepsopleidingen, integratie van klassieke en on-lineopleidingsvormen, volledig opleiden via het net.
2. Waar staat de afkorting LMS voor?
Learning Management System
Meerkeuze vragen:
1. Welke vorm van e-learning wordt in de vakliteratuur aangeduid met de term ‘Blended
learning’?
a) Intranet faciliteiten als ondersteuning bij persoonlijke of groepsopleidingen
b) integratie van klassieke en on-lineopleidingsvormen
c) integratie van klassieke en on-lineopleidingsvormen, volledig opleiden via het net
2. Wat heeft het meest effect bij het gebruik van e-learning?
a) Zien
b) Horen en zien
c) Zeggen en schrijven
d) Doen
Hoofdstuk 16
Open vragen:
1. Noem 2 voordelen van intranet in plaats van papier?
Bijv betere waarborg van actualiteit, geen angst voor dikke boeken bij de lezer, uitvoeriger, overal beschikbaar, nieuwe versies snel beschikbaar of lagere kosten
2. Noem één van de twee handige indelingen voor een webpagina?
Keuze uit: Inleiding, functies, werkwijze, verwijzingen of onderwerp, te nemen stappen, nieuwe situatie, verwijzingen
Meerkeuze vragen:
1. Wat is geen nadeel van intranet in plaats van papier?
a) Minder goede bereikbaarheid
b) Niet iedereen heeft internet
c) Papier leest lekkerder
d) Zwervende afdrukjes
2. Wat is geen extra intranet faciliteit?
a) Sneller zoeken
b) Helpfaciliteiten
c) Overal beschikbaar
d) Gemakkelijker te doorzoeken
Hoofdstuk 17
Open vragen:
1. Noem 2 van de 3 helpdesks die op intranet voor komen?
Keuze uit: Een domein op het intranet, dat gevuld wordt door de helpdesk van de ICT afdeling, een servicepunt op het intranet of een workflow-instrument voor de helpdeskmedewerkers
2. Wat houd het Maria Montessori-Principe in?
Leer mij het zelf doen
Meerkeuze vragen:
1. Wat is een element wat een helpdesk kan bevatten?
a) FAQ
b) Boeken
c) Games
d) Work-flow
2. Wat is geen meerwaarde van problemen via intranet te melden?
a) Voorrang in behandeling
b) Minder kosten die intern verrekend worden
c) Een bericht terug met duidelijke informatie over wanneer en hoe het probleem
verholpen gaat worden
d) Backoffice
Hoofdstuk 18
Open vragen:
1. Noem een voorbeeld van push-media?
Bijv. nieuwsbrief, affice
2. Noem 2 voordelen van communicatie via internet?
Keuze uit: Het bereik is groter, het is goedkoper, de actualiteit is veel hoger, de snelheid van de communicatie is hoger, het kan de medewerkers veel vollediger informeren, dankzij een CMS is de beheerbaarheid van de informatie veel groter of de mogelijkheden tot interactie zijn veel groter.
Meerkeuze vragen:
1. Wat is geen voordeel van communicatie via een intranet?
a) De actualiteit is veel hoger
b) Maar een aantal mensen kunnen intranet aanpassen
c) Het bereik is groter
d) Het kan medewerkers vollediger informeren
2. Welke bouwsteen hoort niet in het rijtje om samen een e-zine vormen?
a) Column
b) Interviews
c) Uit de geschiedenis
d) Muziek